Wat is Byzantijns?

 

Van oudsher heeft de christelijke kerk zich ontwikkeld als een gemeenschap van tal van plaatselijke kerken. Ze voelden zich met elkaar verbonden doordat ze alle de sacramenten vierden, zoals de eucharistie, de doop en de huwelijkssluiting. Maar de manier waarop ze die vierden, kon onderling sterk verschillen. Dat gold ook voor de gebruiken en tradities en voor de juridische opbouw van de gemeenschappen. Gaandeweg zijn zo verschillende christelijke richtingen ontstaan. 

 

Katholieke en Orthodoxe kerken

 

In de 4e eeuw werd het grote Romeinse Rijk opgedeeld in een westelijk en een oostelijk deel, elk met een eigen keizer. Dat was het begin van een grote verwijdering in de kerk: tussen het westelijk deel, rond Rome, waar Latijn de voertaal was – en het oostelijk deel, Byzantium, waar men Grieks sprak.

In 1054 mondde dat uit in een scheiding: de Byzantijnse kerkleiders weigerden om de bisschop van Rome, de paus, te erkennen als hoogste kerkleider en gingen hun eigen weg. Zo ontstonden de katholieke kerken, die zich onder de zetel van de paus schaarden, en de Orthodoxe kerken, die hun eigen kerkleiders hadden. Het woord ‘orthodox’ heeft hier dus een heel andere betekenis dan ‘streng in de leer’.

In de 16e eeuw ontstond een tweede scheuring: de Reformatie. Die leidde tot het ontstaan van de protestantse kerken.

 

Oosterse en westerse liturgie

 

De manier waarop christenen hun samenkomsten vierden, verschilde van tijd tot tijd en van plaats tot plaats. Zo ontstonden verschillende stijlen, die zich ontwikkelden tot vaststaande vormen: de ritus. Zo is er de Romeinse ritus, de Tridentijnse ritus, de Koptische ritus en de Byzantijnse ritus. In de katholieke kerken werd de Romeinse ritus het meest gebruikt. Ook in de Nederlandse parochies is de Latijnse mis het meest bekend. 

Maar een rite is niet voorbehouden aan een bepaalde kerk: rooms-katholieke gemeenschappen kunnen dus de Byzantijnse ritus vieren, zoals Orthodoxe kerken de Latijnse mis kunnen houden.

 

De Byzantijnse ritus

 

In de Byzantijnse ritus komen verschillende liturgische tradities samen. Er zijn oude elementen uit plaatselijke christelijke kerken, vooral vanuit het Heilige Land en Syrië. Er is meditatieve verstilling, vanuit de kloosters. En er is grandeur en plechtigheid, vanuit de erediensten in de Aya Sofia, de belangrijkste kerk van het Byzantijnse keizerrijk.

Het is in de Aya Sofia dat de Byzantijnse ritus haar vorm heeft gekregen. Toch was de liturgie tegelijkertijd ook een protest tegen de macht en de overheersing van de aardse keizer. Aan het begin van de dienst zingen we: “Gezegend het Koninkrijk van de Vader en de Zoon en van de Heilige Geest…”. Met andere woorden: het koningschap van God is van hogere orde dan dat van de wereldlijke macht. Daarbij, de titel van de keizer luidde ‘autokrator’: ‘hij die zelf regeert’. Maar bovenin de koepel van de Byzantijnse kerken hangt de icoon van Christus als  ‘Pantokrator’: ‘hij die alles regeert’ – dus ook de keizer!

 

Verspreiding

 

De Byzantijnse liturgie had een grote aantrekkingskracht. De oude Orthodoxe kerken van het Midden-Oosten (Egypte, Syrië, Palestina) hadden aanvankelijk hun eigen ritus. Maar bij de liturgiehervormingen aan het einde van het eerste millennium namen zij de eredienst van Byzantium integraal over.

Vanuit Constantinopel verspreidde de ritus zich onder de Slavische volkeren. Zij schiepen hun eigen varianten van de Byzantijnse liturgie. Tegenwoordig wordt de Byzantijnse liturgie in veel delen van de wereld gevierd; niet alleen in het Midden-Oosten, Oost-Europa en Rusland, maar ook in West-Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland. Blijkbaar heeft de Byzantijnse liturgie een souplesse die haar bruikbaar maakt in vele culturen.